Sossusvlei, Namibie

23 mei 2008 - Sossusvlei, Namibië

Oke, de woestijn in. Met alleen het hoognodige in onze rugzak (de rest hebben we achtergelaten in Windhoek), zijn we met een Golfje, en drie nieuwe vrienden vertrokken naar de Sossusvlei. Het is een beetje proppen, maar erg gezellig in het autootje. We zijn veruit de kleinste in deze woestijn (als we al andere auto's tegenkomen), maar tot nu toe houdt de auto het prima op de grindwegen (wel heel vermoeiend rijden). Hoewel... we hebben 'm wel even geknepen toen we in de bergen een lekke band kregen. Gelukkig ging het wisselen van het wiel erg gemakkelijk (rolde nog bijna ons reservewiel het ravijn in), maar we moesten nog wel 50 kilometer naar de volgende garage, en we hadden geen reservewiel meer. Ook dat is inmiddels weer verholpen. Het is uiteraard erg stoffig in de auto, maar wat pas echt smerig is, zijn al die grote torren die over de weg kruipen. Er lopen er duizenden, en als ze platgereden zijn worden ze opgepeuzeld door hun vriendjes, die vervolgens weer platgereden worden, waarna het hele verhaal weer opnieuw begint. Erg goor (en ze lopen ook op de camping.. en ze klimmen op stoelen... moet ik nog meer vertellen?)

Aan het einde van de dag arriveerden we eindelijk op een camping, echt in the middle of nowhere. De vrouw des huizes beloofde dat het 's nachts niet zo koud was, en dat we zelfs wel op de grond buiten konden slapen. Gelukkig hebben wij een tentje, maar de anderen niet. En zelfs met tentje was het ver-schrik-ke-lijk koud. Maar goed, je moet wel wat ontberingen doorstaan om de oudste woestijn ter wereld te kunnen bewonderen. Overdag bloedje heet, 's nachts rond het vriespunt.

De volgende ochtend zaten we voor 5 uur alweer in de auto. Na zo'n 2.000 kleine monsters te hebben verpletterd stonden we om exact 6 uur voor de poort van het park. Die ging pas open, exact op het moment dat de zon over de heuvels scheen. Na een halfuurtje wachten mochten we dan eindelijk naar binnen. Daar zijn we direct doorgereden naar de Sossusvlei, alwaar wij een lift bietsten van een vierwiel aangedreven jeep. Die bracht ons richting de Deathvlei. Daar zijn we de zandduinen opgeklommen. Verschrikkelijk zwaar, want ze zijn enorm steil en je zakt tot aan je enkels in het losse zand. Maar het uitzicht was het helemaal waard natuurlijk. Toen we weer beneden waren aangekomen bleek dat de chauffeur inmiddels bedreigd was door de lokale shuttle-maffia (die 10 euro pp vragen voor die 10 minuten in de jeep), en dus moesten we of alsnog die 10 euro betalen voor de terugrit, of lopen. Oke, we zijn natuurlijk gaan lopen, maar halverwege vroegen we ons wel af of we er wel verstandig aan hadden gedaan. Ons water was inmiddels op, en het was errug heet!!! Maar we hebben het wel gehaald, en achteraf viel het ook wel weer mee. Die avond hebben we weer gebraaid (barbecue), en wederom lagen we voor negenen in de tent. Uitgeput!!!

Vandaag zijn we via Walvisbaai naar Swakopmund gereden. Onderweg hebben we de flamingo's bekeken en verder hebben we erg genoten van weer 250 km niks!

Morgen rijden we naar Outjo, helemaal in het Noorden van Namibie, om het Etoshapark te gaan bezichtigen. Na de woestijn zijn we wel toe aan wat meer groen, water, wild en ... vul maar in.  Nog een paar nachtjes slapen.... en dan zien jullie de foto's!

Foto’s